Bij het oorlogsmonument aan de Pilotenlaan zijn maandag de geallieerde piloten herdacht die tijdens de Tweede Wereldoorlog boven Zwolle om het leven kwamen. De herdenking vond plaats op een bijzonder moment: exact tachtig jaar na de bevrijding van de stad op 14 april 1945.
Onder de aanwezigen waren wethouder Arjan Spaans, leerlingen van basisschool De Octopus, veteranen en Daniel-Aimé Major (64), zoon van de Canadese oorlogsheld Léo Major, die Zwolle eigenhandig bevrijdde. Het monument in de wijk Schellerbroek werd in 1992 onthuld. Op het kunstwerk is een afgebroken propeller bevestigd van een neergestorte Handley Page Hampden bommenwerper.
De propeller is afkomstig van de bommenwerper die op 21 januari 1942 neerstortte. Tijdens de terugvlucht van een geallieerd bombardement op Bremen raakte een van de motoren in brand. Sergeant Aubrey Wilfred Deere, van de Britse Royal Air Force (RAF) wist het vuur tijdelijk te doven, maar werd vervolgens bij Dedemsvaart onderschept door een Duitse jager. De tweede motor werd geraakt.
Deere riep zijn bemanningsleden via de boordradio op het toestel te verlaten. Zij slaagden erin zich met parachutes in veiligheid te brengen boven Zwolle en zij overleefden de oorlog. Voor Deere was het te laat. Zijn bommenwerper stortte neer in Spoolde en de piloot overleed ter plekke.
Verschillende straten rondom de Pilotenlaan dragen de namen van omgekomen piloten, zodat hun daden blijvend herdacht worden. In Zwolle zijn alle oorlogsmonumenten geadopteerd door basisscholen, die ieder jaar een plechtigheid organiseren op de datum die aan hun monument verbonden is.



















Foto’s: Obbe Bakker